U kunt VoiceOver bedienen met een Apple Wireless Keyboard dat met de iPhone is gekoppeld. Zie Een Apple Wireless Keyboard gebruiken.

Met de toetsenbordcommando's van VoiceOver kunt u door het scherm navigeren, onderdelen selecteren, de scherminhoud lezen, de rotor aanpassen en andere VoiceOver-taken uitvoeren. Voor de meeste commando's wordt gebruikgemaakt van de combinatie Control + Option, die in de tabel hierna wordt aangeduid met "VO".

Met VoiceOver Help kunt u snel vertrouwd raken met de lay-out van het toetsenbord en de taken die u met de verschillende toetsen kunt uitvoeren. Met VoiceOver Help worden toetsen en toetsenbordcommando's uitgesproken terwijl u ze typt, zonder dat de bijbehorende actie wordt uitgevoerd.

Toetsenbordcombinaties voor VoiceOver

VO = Control + Option

  • VoiceOver Help inschakelen:  VO + K

  • VoiceOver Help uitschakelen:  Escape

  • Het volgende of vorige onderdeel selecteren:  VO + Pijl-rechts of VO + Pijl-links

  • Dubbel tikken om het geselecteerde onderdeel te activeren:  VO + Spatiebalk

  • Op de thuisknop drukken:  VO + H

  • Uw vinger op het geselecteerde onderdeel houden:  VO + Shift + M

  • Naar de statusbalk gaan:  VO + M

  • Tekst vanaf de huidige positie voorlezen:  VO + A

  • Lezen vanaf het begin:  VO + B

  • Het lezen onderbreken of hervatten:  Control-toets

  • De laatst gesproken tekst naar het klembord kopiëren:  VO + Shift + C

  • Naar tekst zoeken:  VO + F

  • Het geluid van VoiceOver in- of uitschakelen:  VO + S

  • Berichtencentrum openen:  Fn + VO + Pijl-omhoog

  • Bedieningspaneel openen:  Fn + VO + Pijl-omlaag

  • De onderdeelkiezer openen:  VO + I

  • Het label van het geselecteerde onderdeel wijzigen:  VO + /

  • Tweemaal tikken met twee vingers:  VO + "-"

  • De rotor aanpassen:  Gebruik snelnavigatie (zie hierna)

  • Omhoog of omlaag vegen:  VO + Pijl-omhoog of VO + Pijl-omlaag

  • De spraakrotor aanpassen:  VO + Command + Pijl-links of VO + Command + Pijl-rechts

  • De instelling aanpassen die door de spraakrotor wordt weergegeven:  VO + Command + Pijl-omhoog of VO + Command + Pijl-omlaag

  • Het schermgordijn in- of uitschakelen:  VO + Shift + S

  • Teruggaan naar het vorige scherm:  Escape

Snelnavigatie

U kunt snelnavigatie inschakelen om VoiceOver te bedienen met de pijltoetsen.

  • Snelnavigatie in- of uitschakelen:  Pijl-links + Pijl-rechts

  • Het volgende of vorige onderdeel selecteren:  Pijl-rechts of Pijl-links

  • Het volgende of vorige onderdeel in de spraakrotor selecteren:  Pijl-omhoog of Pijl-omlaag

  • Het eerste of laatste onderdeel selecteren:  Control + Pijl-omhoog of Control + Pijl-omlaag

  • Dubbel tikken om het geselecteerde onderdeel te activeren:  Pijl-omhoog + Pijl-omlaag

  • Omhoog, omlaag, naar links of naar rechts scrollen:  Option + Pijl-omhoog, Option + Pijl-omlaag, Option + Pijl-links of Option + Pijl-rechts

  • De rotor aanpassen:  Pijl-omhoog + Pijl-links of Pijl-omhoog + Pijl-rechts

U kunt ook de cijfertoetsen op een Apple Wireless Keyboard gebruiken om in Telefoon een telefoonnummer te kiezen of cijfers in Calculator in te voeren.

Snelnavigatie met één toets om op het web te surfen

Als u een webpagina bekijkt terwijl Snelnavigatie is ingeschakeld, kunt u met de volgende toetsen snel door de pagina navigeren. Als u op de lettertoets tikt, gaat u naar het volgende onderdeel van het aangegeven type. Om naar het vorige onderdeel te gaan, houdt u de Shift-toets ingedrukt terwijl u de letter typt.

  • Kopje:  H

  • Koppeling:  L

  • Tekstveld:  R

  • Knop:  B

  • Formulierregelaar:  C

  • Afbeelding:  I

  • Tabel:  T

  • Statische tekst:  S

  • ARIA-oriëntatiepunt:  W

  • Lijst:  X

  • Onderdeel van hetzelfde type:  M

  • Kop van niveau 1:  1

  • Kop van niveau 2:  2

  • Kop van niveau 3:  3

  • Kop van niveau 4:  4

  • Kop van niveau 5:  5

  • Kop van niveau 6:  6

Tekstbewerking

Gebruik deze commando's (terwijl Snelnavigatie is uitgeschakeld) om met tekst te werken. VoiceOver leest de tekst voor terwijl u het invoegpunt verplaatst.

  • Naar het vorige of volgende teken gaan:  Pijl-rechts of Pijl-links

  • Naar het vorige of volgende woord gaan:  Option + Pijl-rechts of Option + Pijl-links

  • Eén regel omhoog of omlaag gaan:  Pijl-omhoog of Pijl-omlaag

  • Naar het begin of einde van de regel gaan:  Command + Pijl-links of Command + Pijl-omlaag

  • Naar het begin of einde van de alinea gaan:  Option + Pijl-omhoog of Option + Pijl-omlaag

  • Naar de vorige of volgende alinea gaan:  Option + Pijl-omhoog of Option + Pijl-omlaag

  • Naar de bovenkant of onderkant van het tekstveld gaan:  Command + Pijl-omhoog of Command + Pijl-omlaag

  • Tekst selecteren terwijl u de aanwijzer verplaatst:  Shift + een van de bovenstaande commando's voor het verplaatsen van het invoegpunt

  • Alle tekst selecteren:  Command + A

  • De geselecteerde tekst kopiëren, knippen of plakken:  Command + C, Command + X of Command + V

  • Laatste wijziging ongedaan maken of opnieuw uitvoeren:  Command + Z of Shift + Command + Z